In stedelijk groen

Belang van wilde bestuivers in stedelijk groen

Soortenrijkdom in stedelijk groen

 

Stedelijk gebied kan verrassend rijk zijn aan bijen en zweefvliegen, vooral als er veel bloemen en kleinschalige variatie in nestelstructuren aanwezig zijn. In het jaar 2000 vond Koster (2001) 45 soorten bijen in de stad Amsterdam, in 2014 waren dit er al 61 (zie Nieuwenhuis et al. 2015 en Wilde bijen Amsterdam). In 2014 vonden Reemer & Smit (2014) in Rotterdam  61 soorten bijen en 75 soorten zweefvliegen. In hetzelfde jaar vonden Reemer & Brugge (2014) in Purmerend 42 soorten bijen en 66 soorten zweefvliegen. Bij uitgebreider onderzoek kan het aantal verder oplopen, zoals bleek toen Loonstra & Patberg (2012) maar liefst 76 soorten bijen vonden binnen de stadsgrenzen van Groningen.

 

Fortel et al. (2014) deden een grootschalig onderzoek naar bijen in en rondom de Franse stad Lyon. Hierbij vonden zij maar liefst 291 bijensoorten, ruim een derde van de Franse bijenfauna. Zij stelden vast dat de aantallen wilde bijen afnamen naarmate de oppervlakte bebouwing en bestrating toenam. Dit komt vooral doordat bodemnestelende soorten dan minder nestelplekken kunnen vinden. Opvallend genoeg was er in soortenrijkdom juist een piek bij een 'bebouwingsgraad' van rond de 50%. De onderzoekers verklaarden dit doordat rond deze waarde de heterogeniteit in habitats het grootst is.  

 

Baldock et al. (2015) vergeleken soortenrijkdom en talrijkheid van bijen en zweefvliegen in stedelijk gebied, agrarisch gebied en natuur. Stedelijk gebied deed hierin niet onder voor agrarisch gebied en natuurgebieden, en de soortenrijkdom van bijen was er zelfs hoger dan in agrarisch landschap. Dit geeft aan dat er in stedelijk gebied grote kansen liggen voor het stimuleren van bestuivende insecten en daarmee voor de bescherming ervan.

 

Stadsparken, plantsoenen, tuinen en wegbermen kunnen dus bij interessant zijn voor bijen en zweefvliegen. Bij gunstig beheer kan de bestuiversfauna verder gestimuleerd worden. De soortensamenstelling kan dan grote overlap vertonen met de fauna van natuurlijke bossen en graslanden.

Veel mensen lopen voorbij aan de verrassende diversiteit aan bijen in hun eigen leefomgeving. In deze wegberm in Purmerend zijn 22 bijensoorten gevonden, waaronder zeven soorten zandbijen, zeven soorten hommels en twee soorten behangersbijen. Foto Menno Reemer.

Bijen en zweefvliegen in stedelijk groen: bestuivers en plaagbestrijders

 

Voor de rol van bijen en zweefvliegen als bestuivers geldt in stedelijk groen eigenlijk hetzelfde als in natuurgebieden, zeker waar door gunstig beheer natuurlijke situaties ontstaan. In parken, plantsoenen en (moes)tuinen zal vaak behoefte zijn aan een goede bestuiving van fruitbomen en groentegewassen. Het behoeft geen betoog dat bestuivers hier onmisbaar zijn. Onderzoekers hebben in Berlijn aangetoond dat stadsbomen meer vruchten vormen wanneer er meer bloembezoek door wilde bijen is, terwijl meer bloembezoek door honingbijen niet leidt tot meer vruchtvorming.

 

Bij een gevarieerd en enigszins natuurlijk beheerd openbaar groen zullen er in de stad vanzelf voldoende wilde bestuivers (zweefvliegen, hommels, andere wilde bijen) voorkomen om de bestuiving van stedelijke planten en bomen te verzorgen, zoals ook bij onderzoek in landbouwgebieden is gebleken. Wanneer de omgeving wat dit betreft te wensen overlaat, kan gezocht worden naar mogelijkheden om de rijkdom aan bestuivers te vergroten, bijvoorbeeld door het inrichten van bloemrijke bermen en het plaatsen van bijenhotels.

 

Zweefvliegen vervullen een belangrijke rol als natuurlijke bestrijders van bladluizen. De larven van veel soorten zweefvliegen voeden zich met deze onder tuiniers niet erg geliefde diertjes. Samen met lieveheersbeestjes gaan zweefvliegenlarven de bladluizen met groot enthousiasme te lijf: één zweefvliegenlarve kan vele honderden bladluizen eten. Om uw rozenstruik voor een teveel aan bladluizen te behoeden, loont het dus om de plaatselijke zweefvliegenpopulatie te stimuleren. Natuurlijke gras- en kruidenvegetaties in de buurt kunnen hierbij een handje helpen.

 

Educatie en bewustwording

 

Een groene leefomgeving wordt door veel mensen als plezierig ervaren en er bestaan diverse wetenschappelijke studies die claimen dat hier een positief gezondheidseffect van uit gaat. Dergelijke studies vallen buiten het bestek van deze website, maar men kan zich voorstellen dat ook bestuivende insecten hieraan bijdragen. Een stadspark zonder zoemende hommels is toch minder aantrekkelijk.

 

Weinig mensen zijn zich bewust van de verrassend grote diversiteit aan bijen en zweefvliegen in de stad. Juist deze dieren lenen zich er daarom goed voor om stadsbewoners bewust te maken van biodiversiteit (Fortel et al. 2014 wijzen hier ook op). Met hun mooie, aaibare uiterlijk, hun nuttige bestuiversrol en hun interessante levenswijze zijn bijen zeer geschikt als 'vlaggenschip' voor het belang en de schoonheid van biodiversiteit.

 

Bijen en zweefvliegen lenen zich ook uitstekend voor natuureducatie op scholen en in natuur- en milieu-educatiecentra. Er zijn allerlei zoekkaarten beschikbaar en iedereen kan met behulp van bijenhotels en het planten of zaaien van 'bijenbloemen' de bijen naar zijn school- of achtertuin lokken.