Wat is het?
Is het een wesp? Is het een zweefvlieg? Nee, het is een wolbij! De grote wolbij is zwart met geel gekleurd en niet zo harig als andere bijen, waardoor hij aan een wesp doet denken. Door zijn vlieggedrag, regelmatig even stil in de lucht 'hangend', lijkt hij ook wel op een zweefvlieg. Het is toch echt een bij, waarvan het vrouwtje stuifmeel verzamelt voor haar larven. Ze vervoert dit stuifmeel in haar 'buikschuier': lange, dichte beharing onderop haar achterlijf. Mannetjes hebben lange, witte haren aan hun poten.
Harige planten
Bij het bloembezoek is de grote wolbij niet heel kieskeurig, maar hij heeft een zekere voorkeur voor vlinder- en lipbloemen en helmkruidachtigen. Grote wolbijen zijn bijvoorbeeld vaak te zien op bloemen van moerasandoorn. Verder is belangrijk dat er planten met harige bladeren of stengels in de buurt zijn. Het vrouwtje van de grote wolbij knaagt deze haren van de planten af en neemt ze mee naar het nest, om hier de nestcellen van te bouwen.
Stadsbij
De 'wollige' nesten worden gemaakt in allerlei holten in dood hout en in muurspleten. Soms bouwen wolbijen een nest in bijenhotels, maar meestal geven ze de voorkeur aan iets ruimere behuizing, zoals in kieren in metselwerk en kleine bloempotjes. Overigens zijn wolbijen wel regelmatig in bijenhotels te zien, maar deze gebruiken ze dan vooral als overnachtingsplek. De grote wolbij komt in Nederland meer voor in stedelijk gebied dan in 'echte' natuur.
Meer over wolbijen is te lezen in dit hoofdstuk van het boek Gasten van bijenhotels.